De rotstuin is een klassieker, die het in elke tuin goed doet. Met stenen creëer je een totaal unieke sfeer van bergen. De rotstuin is geïnspireerd op bergachtig gebied. Of je maakt je tuin zen met een Japanse rotstuin. Laat je inspireren door de vele mogelijkheden.
Op stenen groeien kleine planten die in de bergen overleven in weer en wind, in de barre kou van de winter en de helse zonneschijn in de zomer. Planten in rotstuinen zijn dan ook oersterk, als je ze de juiste groeiplaats biedt.
Schaal en grootte
Een rotstuin kan je op een zonnige, open plek in je tuin maken. Dat kan een vierkante meter zijn of een groot deel van je tuin. De voortuin is ook geschikt. Met een rotstuintje creëer je met een goed ontwerp en zorgvuldige aanleg een heel eigen wereld. Dat komt, doordat je met grind en stenen reliëf maakt.
In combinatie met de rotsplanten lijkt zo’n rotstuintje een wereld op zich. Door het hoogteverschil ontstaat de illusie van een andere schaal, want je maakt als het ware een berghelling op een klein stuk tuin. Ook is er veel aandacht voor vorm en kleur, dit straalt rust en harmonie uit.
Japan of Madurodam?
De Japanse rotstuin of Zentuin is nóg sterker in het wekken van illusies. De Japanse rotstuin is in de eerste plaats een tuin voor groenblijvende planten, struiken en bomen. Door het plaatsen van miniatuur-ornamenten of juist heel grote stenen, ontstaat een andere beleving van de schaal.
Dit wordt versterkt door de plantenkeuze. Door het gebruik van compact groeiende bomen die de vorm hebben van hoge bomen. Of door het in bolvorm snoeien van struiken, die daardoor de illusie wekken boomkronen te vormen van een strak oerwoud waar je als ‘reus’ vanuit hoogte op neerkijkt.
Ornamenten en het gebruik van water spelen ook een rol. Een kleine waterstroom, compleet met waterval, lijkt op een Japanse minirivier die zó uit Madurodam geplukt kan zijn om jouw tuin op te sieren.
Voorbeelden van rotstuinen vind je in de Botanische tuinen van de grote universiteitssteden, zoals Amsterdam en Utrecht. Daar zijn regelmatig open dagen.
Ondergrond
Voor een rotstuin is een goed fundament noodzakelijk. Een drainagelaag van puin zorg ervoor, dat het water goed weg kan lopen. Daarop gaat een laagje zand. Op dit zand komt een toplaag. De toplaag vormt ook meteen het ontwerp van je tuin. Bijvoorbeeld gras (op een laagje aarde) met daarin grote keien.
Bij tuincentra kan je stenen kopen voor rotstuinen. Je kan ook klein beginnen en elk jaar van je vakantiebestemming een steen of rots meenemen. Dan breid je je rotstuin geleidelijk uit met stenen én met planten.
Het werken in de hoogte en in drie dimensies vraagt creativiteit. Niet iedereen is handig met beitel en boor of wil met zware keien sjouwen. Een hovenier kan uitkomst bieden. Die kan ook voor rotstuinen stenen kopen.
Planten voor de rotstuin
In een rotstuin groeien planten uit de Alpen en andere bergstreken. Ze komen uit de V.S., China, Kirgizië, kortom alle windstreken. De meeste planten beschermen zich tegen de droogte door water op te slaan in de blaadjes. Dit zijn de zogenaamde vetplanten, met dikke blaadjes. Ook zijn deze planten niet zo groot, omdat ze dan beter overleven.
Veel plantjes zijn behaard of fluweelachtig om zich tegen de kou te wapenen. Zoals Edelweiss. Veel rotsplanten zijn rozetplanten, die het eerste jaar een platte cirkel aan bladeren vormen en pas het tweede jaar bloeien.
Sommige planten vormen compacte kussens van groen, waarop kleine bloemetjes bloeien. De vele soorten Saxifraga zijn daar een voorbeeld van.
Planten met sprieten zoals siergrassen, zijn ook mooi in de rotstuin. Zoals het blauwgrijze Festuca glauca, schapengras. Varens komen in een rotstuin ook tot hun recht, als er meer schaduw in de tuin is.
Lewisia is een typische plant van de rotstuin. De bloemetjes zijn wit, paars of roze. Rhodohypoxis wordt ook voor de rotstuin gekweekt. De plant heeft rode bloemetjes en er zijn veel verschillende variëteiten. Sleutelbloem (primula) heeft mooie bloemen, net als de Campanula (klokjesbloem). Hosta en Sempervivumsoorten worden juist vanwege het blad graag geplant.
In een rotstuin passen ook exotische planten zoals Aloë vera goed thuis. Bedenk je wel, dat deze planten niet winterhard zijn. In de winter sterven ze af of je kan ze laten overwinteren in een warme kas of in huis. De Chileense Slangenden (Araucaria araucana) is een conifeer en is een aparte verschijning in de rotstuin.
Onderhoud van de rotstuin
Een rotstuin met een goed ontwerp, vraagt weinig onderhoud. Op sommige plekken zal er wat onkruid groeien, dit haal je regelmatig weg. Veel onkruid trekt een rotstuin niet aan. Bemesten is niet nodig en water geven ook niet.
Het enige dat met meer regelmaat dan in andere tuinen nodig is, is de verjonging. In een rotstuin gaan relatief meer planten dood. Het is lastig om uit zaad planten te kweken. Tuincentra bieden gelukkig ook planten voor de rotstuin aan.
Tip: let goed op de plekken, waar er regelmatig planten doodgaan. Onderzoek wat de oorzaak is: ligt deze helling op het westen in de regen? Misschien draineert deze kant van je rotstuin niet snel genoeg. Soms is het verleggen van wat stenen al een oplossing.
De Japanse rotstuin
In een Japanse rotstuin is de vormgeving strak en harmonieus. De keuze van planten is sterk bepalend voor de uitstraling. Je kiest een paar planten en benadrukt de sterke kant van die planten.
De vorm, textuur en kleur van planten bepalen dus hoe de tuin er uit ziet. Investeer in goede planten en zoek ze bijvoorbeeld bij een kwekerij. Groenblijvende planten zoals Venijnboom (taxus) worden in strakke bolvormen gesnoeid.
Als je niet zo van snoeien houdt, dan bieden Camelia, Rhodondendron, Azalea en Enkianthus ook groen, maar ze vragen weinig snoei. Net als Wisteria bloeien ze bovendien prachtig met kleurrijke bloemen.
Bamboe is een snelgroeiende en sterke sfeerbepaler. Zet de plant in containers want ze hebben de neiging om je hele tuin te bezetten. Met meer ruimte in je tuin is een Japanse kers erg mooi, omdat deze boom elk seizoen iets biedt.
Vaak trekken één of meerdere grote keien de aandacht. Een pagode, waterpartij en sierbrug brengen sfeer en structuur. Zelfs een waterval is niet ongebruikelijk in een Japanse rotstuin.
In de Japanse tuin mogen bodembedekkers niet ontbreken. Zo is de Pachysandra terminalis een plant die in de schaduw de bodem bedekt. Leptinella Platt’s Black is een mosvaren die de bodem bedekt met mosachtig blad. Ophiopogon japonicus is een gras dat het hele jaar groen blijft.
Onderhoud
Het onderhoud van een Japanse tuin is intensief en luistert nauw. De snoei van groenblijvende planten is zeer precies en bepaalt de vorm en uitstraling van de gehele tuin. Hier kan je ook een hovenier voor vragen. Of kies onderhoudsvriendelijke bomen en struiken. Zoals de Japanse esdoorn met prachtige rode blaadjes.